Het verhaal van Sana & Serkan
Sana en Serkan zijn met hun twee kinderen gevlucht uit hun thuisland Irak en hopen in België hun toekomst uit te bouwen. Ze werden geconfronteerd met een mensensmokkelaar waardoor ze alles zijn kwijtgeraakt.
Sana en Serkan willen meer connectie maken met de buurt en de school en ze willen beide zo snel mogelijk de Nederlandse taal leren. Onze begeleider helpt mama, papa en de kinderen met het uitbouwen van hun netwerk: de begeleider is een ondersteunende partner tav school, ze zetten samen de stap naar het huis van het Nederlands, ze gaan samen naar de markt en zetten stappen naar een volleybalclub voor dochter Niaz.
De kinderen doen het goed op school en lijken zich ook goed te voelen. De begeleider voelt tijdens de gesprekken met Sana dat hun verleden grote gevolgen heeft op haar huidig leven en de keuzes die ze maakt. Ze wil heel graag terug aan de slag als verpleegkundige maar van zodra ze op sollicitatiegesprek mag bevriest ze en durft ze niet te gaan. Sana is dankbaar dat ze dit kan delen. De begeleider stelt voor om een psycholoog op te zoeken maar dat ziet Sana niet zitten. Ze is er nog niet klaar voor. De begeleider respecteert dit, ondersteunt moeder en vader in de noden die ze op vandaag ervaren.
Samen bereiken we meer
Andere verhalen
Cliënten aan het woord
Chantal gaat al een hele tijd de strijd tegen kanker aan die ze dreigt te verliezen. Ze heeft net vernomen dat ze ongeneeslijk ziek is. Ze voelt dat haar lichaam zwakker wordt en steeds minder aankan. Ze wil de laatste maanden zo kwaliteitsvol mogelijk met haar kinderen spenderen en zo lang mogelijk zelf instaan voor de zorg van haar kinderen.
Jacob heeft een ernstige motorische en verstandelijke beperking en verblijft in de week in een voorziening VAPH. De gezinsbegeleidster Liesbeth spreekt over Envía om beide ouders te ondersteunen en het zorgplan mee uit te werken.
Omar is een jongeman van 22 jaar die onlangs alleen ging wonen. Het alleen wonen heeft een grote impact op hem. Hij slaapt vaak overdag, gamet ‘s nachts. Hij slaat maaltijden over en geraakt niet aan werk. Via vrienden in het buurthuis leert hij een begeleider kennen.